De afgelopen week zijn Beverwijk en Heemskerk in de greep van geweld, bedreigingen en angst. Wat begon als spanningen tussen twee groepen jongeren met migratieachtergrond is in razend tempo ontspoord tot een situatie waarbij scholen sluiten, sportclubs hun deuren dicht houden en een noodbevel van kracht is.
De beelden spreken boekdelen: een mishandeling die wél echt is, jongeren met tape voor hun ogen en een pistool in hun mond – of het nu echt of nep was doet er nauwelijks toe – én zelfs AI-beelden van explosies bij een school. Voor ouders, leerlingen en buurtbewoners is dit geen jeugdgrap meer, dit is terreur. De angst in de straten is tastbaar, mensen durven ’s avonds hun deur niet meer uit.
En nu is het aan politiechef Hamit Karakus om het tij te keren. Maar laten we eerlijk zijn: zijn reputatie als oud-PvdA-politicus en diversiteitsman wekt niet de indruk dat hij voor een harde lijn kiest. Eerder zagen we in de Pilotenwijk dat bewoners zelf een burgerwacht moesten oprichten omdat de politie tekortschiet. Jongeren werden niet geconfronteerd met straf, maar soms zelfs “weggestuurd” naar familie in Marokko – een aanpak die voor de gemeenschap voelt als een beloning in plaats van gerechtigheid.
Het is precies dát softe beleid dat de voedingsbodem heeft gelegd voor de huidige chaos. Rivaliserende groepen jongeren weten inmiddels dat de kans groot is dat ze wegkomen met een foeigesprek of een maatschappelijk project, terwijl de slachtoffers achterblijven met angst, schaamte en wantrouwen in de overheid.
Wat nu nodig is, is geen rondetafel, geen theemoment en geen politieke correctheid. Wat nu nodig is: massale zichtbaarheid van politie, directe aanhoudingen, online én offline ingrijpen, en bovenal de overtuiging dat Beverwijk en Heemskerk niet langer speelbal zijn van jeugdgroepen die zichzelf onaantastbaar wanen.
Als Karakus écht wil laten zien dat hij een politiechef is en geen politicus in uniform, dan moet hij de komende weken bewijzen dat de rechtsstaat hier nog iets betekent. De inwoners van Noord-Holland wachten niet op begrip, maar op gezag.